Isla del Sol Tititcacameer

17 oktober 2017 - Isla Del Sol, Bolivia

Gisteravond hebben we toch maar het raam open laten zetten, want het was ontzettend warm op de kamer en de airco blies alleen maar warme lucht. Bleek dat vanaf 1700 uur de airco op de verwarmingsstand staat i.v.m. de kou.

En als je nu denkt kun je dat niet zelf het raam open zetten? Dan heb je een punt, maar in dit geval was het niet toegestaan het raam zelf open te zetten. Als het verkeerd gaat, kan de raam springen met alle mogelijke gevolgen van dien en dat wil je niet hebben.

Heerlijk die frisse lucht op de kamer. Voor de Peruanen is het momenteel nog erg koud. Voor ons is het normaal, 5º C is voor ons nou niet echt schokkend. Wel dan…

De wekker zetten bleek niet nodig. 0440 uur was ik klaar wakker. Het uitzicht over het meer en de daarmee gepaard gaande zonsopkomst was super om te zien. Bij het ontbijt, er was eindelijk weer nutella voor Marco joehoeoeoe…, was het ook nog even heerlijk genieten van het uitzicht. Daarna was het spullen pakken, uitchecken en wachten op onze pick-up.

De dame die ons naar de Boliviaanse grens brengt is aller aardigst en vertelt veel over hetgeen we onderweg tegenkomen zoals de boerenbevolkingen en wat zij verbouwen, de scholen en de forelkwekerijen. Die zijn er best veel in het Titicacameer. De rit naar de grens vanuit Puno duurt ca. 2.5 uur en de route loopt voornamelijk langs het Titicacameer. Onderweg stoppen we in July (spreek uit als Joelie) voor een bezoek aan de San Pedro kerk. Wanneer we net op het centrale plein voor de kerk zijn uitgestapt worden we opgeschrikt door geweerschoten. Onze gids kijkt ook even rond zo van wat is dit en spreekt het vermoeden uit dat er een processie komt. We moeten maar gauw naar binnen gaan. Zo gezegd, zo gedaan. Echter we zijn nog de trappen opgelopen of er komt idd. Een studentenprocessie aan. Compleet met draagbaar waarop het beeld van een heilige gedragen wordt, muziek en de daarbij behorende geweerschoten dus. We gaan snel naar binnen en amper bij het altaar komt de hele stoet naar binnen en stroomt de kerk vol met leerlingen/studenten. Helaas mocht ik geen foto maken. Het hele bezoek duurde zodoende maar 5 minuten, kort maar krachtig zullen we maar zeggen. Dan gaan we door naar de grens. Wanneer we onderweg een rivier oversteken, zien we naast de zwemvogels ook flamingo's in het water staan. Dit zijn ook weer de Andesflamingo's.
 

Bij de grens in het plaatste Yunguyo worden er nog snel een paar Dollars tegen Boliviano's gewisseld.

Rond 0915 uur staan we dan bij de Immigrations Service Peru, daar worden onze paspoorten gecontroleerd. En om 0920 uur staan we in Bolivia. Onze koffers zijn al door de chauffeur van het busje naar Bolivia gebracht en overgedragen aan de Boliviaanse tour guide. Het grappige is dat je binnen een paar seconden ook meteen 1 uur tijdsverschil hebt. Het is namelijk 1 uur later in Bolivia. Voor de immigratie in Bolivia moesten we een formulier invullen, daarop moesten we uiteraard onze paspoort gegevens invullen, maar ook hoe we het land binnenkwamen en wat ons beroep is. De douanebeambte keek er nog niet bijna naar. En met weer een paar stempels rijker stonden we nog geen 5 min later weer buiten en mochten we door.

Vanuit Yunguyo is het een korte rit naar Copacabana. Dat klinkt bekent toch. Helaas voor Brazilië, is dit plaatsje de originele Copacabana en is de naam van het beroemde Braziliaanse strand afgeleid van dit pelgrimsstadje. We worden bij het plein afgezet en lopen naar de kathedraal. Het is een indrukwekkend bouwwerk dat alleen van buiten gefotografeerd mag worden. De kerks is gebouwd in 1850 door een kleinzoon van de Inca Francisco Yupanqui. De Spanjaarden hebben er uiteindelijk een basiliek van gemaakt en de huidige basiliek is pas in 1805 voltooid. Op het plein voor de kerk worden de auto's gezegend. Dit ritueel hebben we een keer op TV gezien. Er staan allemaal kraampjes met prullaria om de auto voor de zegening te versieren. Helaas is het nu rustig en gaan we dit ritueel verder niet aanschouwen. We lopen door naar een lokale markt waar vlees, groenten en fruit wordt verkocht.  Het is een kort bezoek maar lang heb je ook niet nodig want er groot is de markthal niet. Na dit bezoek gaan we door naar de haven waar we op een draagvleugel boot stappen om naar het eiland van de Zon - Isla del Sol - te varen. Deze rit duurt ca 30 min. Wij stappen uit bij een aparte steiger. Onze rugzakken en koffers naar door naar de centrale haven. Nou maar hopen dat we alles vandaag en morgen weer terug zien.

Na een korte klim komen we bij de zonnetempel die door de Inca's is gebouwd. Er is niet veel meer van over, maar wel grappig om te zien. Dan klimmen we verder naar boven. Het is best pittig, zeker gezien de hoogte waarop we ons bevinden. Maar het gaat best wel goed. Nu zijn erop het eiland geen auto's en taxi's, maar er was wel een taxi geregeld. Muildier Patrizia. Zij stond samen met haar begeleider Pedro op ons te wachten. Mocht het nu echt niet meer lukken, dan zouden we altijd nog bij Patrizia op de rug kunnen klimmen. Dit is echter niet nodig. Het pad dat we nu gaan volgen gaat langzaam maar gestaag omhoog en is heel goed te doen. Dan horen we Herman, onze gids (ook zo'n typisch Boliviaanse naam ;-) ), zeggen dat zijn oom en tante er aan komen. In eerste instantie zie ik niks, maar dan zie ik heel in de verte een kleurrijke vlek in het overwegend groen/bruine landschap bewegen. En ze hebben gezelschap in de vorm van Rosita en Geraldo. Rosita loopt netjes mee aan het touw en Geraldo volgt via zijn eigen pad op de voet angstvallig in de gaten houdend waar Rosita is. Rosita is een kruising tussen een alpaca en een lama en Geraldo is een volbloed lama. De oom van Herman heeft een zuurstoffles op zijn rug en draagt een EHBO koffertje bij zich. Tante is mee voor de sier. En zo vormen we een kleine karavaan die langzaam maar gestaag naar het hotel loopt.  Het uitzicht over het meer is fantastisch.

Het meer, dat het hoogst bevaarbare meer ter wereld is, ligt trouwens op 3825 m hoogte, is max 275m diep en max 69 km breed, het smalste stuk is 750 m breed. In totaal zo'n 8300 km2 groot. Niet te flauw dus. Er leven 5 vissoorten in het meer waarvan er 2 zijn geïntroduceerd. Door de visserij wordt de stand visstand steeds kleiner, dus wellicht is het meer over enige tijd leeg.

Een van de laatste rustmomenten onderweg duurt wat langer. We komen een paar Belgische dames tegen die heel graag met Rosita op de foto willen, maar het ook wel een beetje eng vinden. Heet wordt helemaal feest wanneer Geraldo heel dapper aankomt gewandeld en een blik heeft zo van WTF…wat gebeurd hier, wat moet dat allemaal…zo grappig om te zien. En natuurlijk met ook Geraldo mee op de foto.

Het weer is super, lekker warm en de geur van kruiden zweeft door de lucht. Herman plukt een stukje muña voor ons af. Heerlijk die geur. Het heeft iets weg van een mengeling munt/eucalyptus en het opent je luchtwegen. Na een hike van ca 1 uur zijn we op ruim 3900 m bij ons hotel aangekomen. Dit is een voormalige haciënda die na de revolutie in 1952 is verlaten door de toenmalige eigenaar. Hier staan ook onze rugzakken. De koffers staan beneden in de opslag. We nemen afscheid van ons reisgezelschap en gaan lunchen. Deze is eenvoudig maar goed. Daarna worden we naar onze kamer gebracht. Ook deze is eenvoudig, maar schoon en goed verzorgd. Elk bed heeft een elektrische deken en dat is op zich geen overbodige luxe want het koelt 's avonds best af. Vanaf het hotel heb je ook weer een fantastisch uitzicht over het meer. 's middags hebben we even de tijd aan ons zelf en gaan op onderzoek uit. De paden zijn nu en dan best steil en bekleed met stenen, rotsen, modder en keutels van ezeltjes. Het is goed opletten waar je loopt. Er zijn diverse restaurantjes en hostels in deze woongemeenschap. De gemeenschap waar ons hotel staat is een van de drie gemeenschappen. Verder is het erg rustig. De stilte wordt alleen onderbroken door een buenos dias van een voorbijganger dan wel het gebalk van een van de vele ezeltjes (volgens Herman zijn er ca 900 op het eiland) of het gefluit van de vogels. De uitzichten zijn heel mooi.

Tegen 1730 uur gaan we richting het uitkijkpunt tevens met zijn 4100 m hoogte het hoogste punt van het eiland. De weg omhoog is min of meer hetzelfde als die we vanmiddag tijdens onze zwerftocht hebben gelopen. Maar dit keer komen we ook aan de rand van de woongemeenschap en hier liggen diverse restaurantjes overwegend pizzeriaatjes met wifi (10 boliviano's voor 1 uur (7 boliviano's = 1 euro)) en prachtig uitzicht over de baai aan de andere kant en in de verte Peru. Herman is bezig met een project en we stoppen even voor een kort bezoek. Het is een restaurant en lodge in aanbouw. Als het eenmaal klaar is, is dit een hele mooi plekje. De bouw is in 2014 begonnen en nog lang niet af. Niet gek gezien het feit dat alles vanaf de centrale haven naar boven gedragen moet worden en pas als er weer geld is, kan er doorgebouwd worden. Hij is al een heel eind, maar moet ook nog heel eind.

De laatste klim naar boven is pittig, maar zeer de moeite waard. Het weer is helder en het uitzicht over de Royal Andes is fenomenaal. Echt fantastisch. En heel in de verte zien we de hoogste berg van Bolivia liggen - die is meer dan 6000m hoog. We gingen voor de zonsondergang, maar die was al min of meer onder toen we aankwamen. Erg is dat niet want met het uitzicht dat we hebben hoor je ons niet klagen. Grappig is wel dat we rechts naar de Andes kijken en links richting Puno-Peru is de lucht donkerblauw/grijs en zien we lichtflitsen naar beneden komen waar je u tegen zegt. Het wordt al redelijk donker als we weer terug gaan naar het hotel voor het avondeten. Zeker nu het donker is, is het goed uitkijken waar je loopt want verlichting is er niet. We worden achtervolgd door de donder, maar het is nog steeds droog op het eiland. Als we vanuit onze kamer naar het restaurantgedeelte lopen waait het flink. Dit is een voorbode. We zijn nog maar net aan ons avondeten (bij kaarslicht) begonnen of het begint flink te hozen en de donderen. Het avondeten is een simpel maar goede driegangenmaaltijd. Afgesloten met een kop thee. Heerlijk.

Wanneer we teruggaan naar de kamer is het gelukkig bijna droog. Het is wel superfris. Dus die elektrische deken is zeer welkom. Nog even een lekkere warme douche en wat lezen. Dan is het oogjes dicht en snaveltjes toe. Morgen slapen we uit. We hoeven pas om 0700 uur op te staan.

Foto’s